Inleiding – Volledige tekst te lezen onder ‘VRIJE MENINGEN’.
Eveneens gepubliceerd in ‘De Wereld Morgen.’
De diverse jaaroverzichten hebben de wereldpandemie ruim in woord en beeld gebracht. Indrukken die ik daarbij opgedaan heb vragen om nabeschouwing. Heel even maar zal ik illustratief de te gemakkelijke vergelijking maken met oorlogsomstandigheden.
Bij de grote oorlogen van de twintigste eeuw heb ik me ingeprent dat de bepalende gezichten – helaas ook de gezichten van het kwaad – er hun podium krijgen en dat de slachtoffers anoniem blijven, verdrinken in het aantal.
Propagandafilms speelden een vitale rol in de perceptie voor en na. Heldhaftig defilerende soldaten. Pijprokende generaals boven kaarten gebogen die op een tank gedrapeerd liggen. Een militair geflankeerde eerste minister die met een verrekijker de einder aftuurt.
De talloze maatschappelijk en persoonlijk relevante schaduwzijden van het heldendom krijgen vaak pas decennia later hun corrigerende belichting. Een gedreven historicus, journalist of reportagemaker moet er zich in vastbijten, er een [soms in de eerste plaats voor zichzelf] interessante casus in zien.
Over de huidige onzichtbare infectueuze vijand blijft het opvallend stil in een aanwijsbaar aantal werelddelen. Dat is één vaststelling. Het zou kunnen aantonen hoe essentieel regimes het vinden om de berichtgeving volledig naar hun hand te zetten. Deze werkwijze lijkt opgang te maken. Er is weinig internationaal weerwerk. Een verontrustende ontwikkeling.
Ook in mijn tweede vaststelling staat de berichtgeving centraal. In het oude Europa is deze open en vrij. Hier is geen sprake van ingebonden, geleide of beknotte informatie. Misschien eerder van een tekort aan zelfcensuur.
De helden van de zorg komen ruim aan bod. Hun pakken, handschoenen, gelaatschilden zijn in het collectieve geheugen gebrand.
De beelden van uitputting, de tranen bekrachtigen hun heroïek. Ingezoemd op hun emotie met het fototoestel of in slow motion met de camera, eventueel onderstreept door een gewiekst muziekfragment, is dramatisch effect verzekerd [voor de tijd van de uitzending].
Hoe anders toont men ons de patiënt. In het ziekenhuisbed, op de operatietafel. Volledig herkenbaar. Zo niet halfnaakt of naakt, dan minstens ontluisterend letterlijk in haar of zijn hemd gezet. In rijen in de gang geplaatst, ziek, geschonden, met handen en voeten geketend aan katheters en blauw verpakte helden. In te veel foto’s of montages weet ik me geconfronteerd met ernstige schending van de privacy, van de menselijke waardigheid vooral.
Verdinglichung is het eerste wat samenvattend bij me opkomt.
[…] Verder onder ‘Vrije Meningen’